Enthousiaste sprekers, aardig verhaal maar om nu te zeggen, wouw, nee dat niet.
Spiegelman en Glass gebruiken wikis in het onderwijs waarbij de wiki wordt gebruikt om een game mee te spelen. Of eigenlijk hebben zij van de informatievaardigheden een spel gemaakt en gebruiken hier een wiki voor.
Voorbeeld 1:
studenten doen in een team onderzoek naar dode wetenschappers zoals Gauss, Newton, Euler, etc. Zij schrijven een cv van deze persoon waarvoor zij gebruik maken van drie verschillende bronnen (database, wikipedia en een vrij te kiezen bron). Hierna moeten zij alle cv’s van andere teams lezen en een onderwerp uitkiezen waarin zij les willen krijgen. Zij moeten zich inschrijven voor deze les en erbij vertellen waarom zij nu juist deze les willen volgen. Het team met de meeste inschrijvingen wint. In dit spel leren zij hoe informatie gebruikt moet worden en krijgen zij ook informatie over citatieregels.
Voorbeeld 2:
studenten leren boleaanse algebra door middel van zoeken in de database (Math meets Information Literacy). Hiervoor wordt samengewerkt met de wiskundedocent. Bijvoorbeeld zoeken naar n /\ (d \/ c) waarbij de letters voor onderwerpen staan.
Voorbeeld 3:
studenten doen onderzoek naar verhaal waarbij aliens op aarde landen. Hiervoor onderzoeken zij de historische nieuwsbronnen van onder andere de New York Times om antwoorden te vinden op de hints die zij met hun team krijgen. De studenten mogen alle bronnen gebruiken die zij willen om de antwoorden op de hints te vinden. Hun zoekgedrag moeten zij beschrijven en het antwoord op de hint moet als eerste in de zoekresultaten terug te vinden zijn. Op een eigen wikipagina maken zij daarna een artikel met alle gevonden informatie. In dit artikel moet ook een leuke advertentie uit het verleden geplaatst worden. De andere studenten beoordelen de pagina en stemmen op het team dat zij het beste vinden. Het team met de meeste stemmen wint.
Deze sessie was de laatste die ik tijdens CIL 2008 volgde. Ik had namelijk een afspraak bij de Library of Congress voor een rondleiding, speciaal voor de groep Nederlanders samengesteld. En vanwege het mooie weer hadden wij niet echt zin om nog langer in het hotel opgesloten te zitten. Dus hup, naar buiten, wat sightseeing doen in Washington en naar de bibliotheek. Een bijzondere ervaring waar ik nog een post over ga schrijven. Maar nu even niet.
Het begin van Bully is grappig. Algie moet boeken terugbrengen naar de bibliotheek, deze boeken zijn te laat en hij vindt het eng om alleen te gaan dus vraagt hij hulp. Hiermee begint Chad zijn presentatie. Vervolgens vraagt hij zich het volgende af. Als wij nieuwe tools (zoals web 2.0 en social software) gebruiken om de diensten van de bibliotheek aan te bieden hoe gaan wij dat dan doen met video games?
Interessante vraag! Het antwoord is niet makkelijk te geven. Want wat maakt gaming zo interessant en waarom doen zoveel mensen het graag? Chad vraagt de zaal wat er zal gebeuren op 29 april. Iemand roept Grand Theft Auto 4. En ja, het spel komt die dag uit. Er zitten dus in ieder geval 1 gamer in de zaal. Chad voorspelt dat er tegen die tijd weer veel negatieve verhalen over games, verslaving en geweld in de pers zullen verschijnen. Net als laatst toen psychologe Cooper Lawrence in Fox News commentaar leverde over een game die zij nog nooit gespeeld had (Mass Effect) en haar zorgen uitte over de pornografische onderdelen in het spel.
De commentaren op haar optreden waren niet van de lucht en ook haar boek op Amazon werd in de comments aangevallen door mensen die, uiteraard, haar boek nog nooit gelezen hadden. Niet veel later bood Cooper Lawrence haar excuus aan. Zij had het spel gespeeld zien worden en vond de pornografische scenes reuze meevallen. Wat opvalt is dat het nieuwe web met mogelijkheden om te reageren ervoor zorgt dat er ook gereageerd wordt en dat men door alle commotie blijkbaar zich bewuster wordt van uitspraken die gedaan zijn en na onderzoek excuses aanbiedt. Dit zal niet in alle gevallen zo zijn. Vaak wordt er negatief over games geschreven en gesproken zonder enige onderbouwing of onderzoek. Het is ook lekker makkelijk om te zeggen dat games verslavend en gewelddadig zijn. Moeilijker wordt het dan om mensen van het tegendeel te overtuigen. Maargoed gelukkig zijn er ook steeds meer mensen die die rol op zich willen nemen en vol vuur pleiten voor de postieve kanten van games en gaming.
Maar terug naar Chad. Hij geeft een aantal voorbeelden van boeken en citaten die onlangs zijn verschenen. * Video games: I’ll never buy one / Giles Whittell I hate video games, on or offline. I hate the way they suck real people into fake worlds and hold on to them for decades at a time. I hate being made to feel hateful for saying so, and I hate being told to immerse myself in them before passing judgment, because it feels like being told to immerse myself in smack and teenage pregnancy before passing judgment on them.
En uiteraard krijg je reactie op een uitspraak als deze. Blijkt dat Whittell een boek heeft geschreven en dus is ook nu weer Amazon uitermate geschikt om commentaar te leveren. Omdat ik de comments die Chad liet zien niet tevoorschijn kan toveren in Amazon, link ik even naar de weblog van Chad met afbeeldingen van de comments.
Maar nog steeds geen antwoord hoe je als bibliotheek nu met gaming en games om moet gaan. De rol van de bibliotheek is om de gebruikers vaardigheden bij te brengen, hen te helpen om nieuwe technologie te begrijpen en eventueel te gebruiken.
our users are accustomed to exploiration
exploiration in games yields feedback
gamers learn through trial and error
exploration in library yields…..
we need to expect that they have “tried and died”
Learning while doing: practice makes perfect, games encourage mastery, how can we take advantage of this in libraries?
Bibliotheekmedewerkers zijn goede gamers (als zij gamers zouden zijn) omdat zij ervan houden om onderzoek te doen, zij houden van trial & error. Als zij een level ophoog gaan dan krijgen zij te maken met een andere boss (denk aan vertegenwoordigers van bibliotheekuitleensystemen).
Chad blijft een beetje in algemeenheden hangen en dat is jammer. Maar blijkbaar is het ingewikkeld om de rol van bibliotheken en gamen uit te leggen en duidelijk te krijgen.
Chad Boeninger is de auteur van weblog Library Voice.
Gaming! Yes een keynote op CIL die over het onderwerp Gaming gaat. Nu zat ik te ver van de spreekster af om haar te zien maar de energie was voelbaar, zelfs daar waar ik zat. Elizabeth Lane Lawley oftewel Liz Lawley is een sprankelende persoonlijkheid die weet waar zij over praat.
Het begint al meteen goed, hierbij de quote waarmee zij haar presentatie begint:
Libraries as happiness engines
En waarom zegt zij dat? Lawley vindt dat bibliotheken meer zijn dan alleen een plek om te zijn, het zijn emotionele centra van de community, bibliotheken maken mensen happy. Nou deze keynote kan wat mij betreft al niet meer stuk. Bibliotheken en emotie daar heb ik ook anderen deze week over horen spreken. Het leek er een beetje op alsof dat het onbewuste thema van deze CIL was.
Lawley vraagt zich af waarom wij geen plezier in ons werk mogen hebben. Mary Poppins begreep het tenminste:
You see, in every job that must be done there is an element of fun. You find the fun and snap! The job’s a game.
Neem de tijd om het filmpje te bekijken tot de tekst voorbij komt Their task is not a grind. Gamers zijn bekend met deze term. Grinding betekent het doen van een repetatieve taak die je een level verder brengt.
Lawley schreef een artikel over de grind met de titel In Praise of the Grind. De reden dat de grind in games goed werkt is omdat je ervoor beloond wordt en ook al is het niet altijd leuk je doet het toch. Eigenlijk is het net als werken, soms is dat niet leuk maar je wordt er uiteindelijk wel voor beloond.
Hierna gaat Lawley in op een aantal voorbeelden van games, zoals Pokemon (vraag een kind 5 hoofdsteden en zij weten het niet, vraag hen naar 5 karakters van Pokemon en ze noemen ze zo op), Jewel Quest, Super Sleuth (bibliotheekspel waarbij je elke dag een clue krijgt en het antwoord moet zoeken), Chore War (gezinsspel, klusje in het echte leven leveren punten op in het spel), Seriosity’s Attent (iedere werknemer krijgt per week een aantal punten – Serios genaamd, elke handeling zoals email vesturen kosten serios, de mail die binnenkomt en wordt verstuurd wordt op deze manier meer op waarde geschat) en ShuffleBrain.
En eigenlijk wist men al lang geleden dat punten krijgen en een level stijgen werkt, ook in de verkoop van producten. Denk maar eens aan Tupperware. Iedereen wil op een Tupperware party dat cadeautje verdienen en punten verzamelen om tot dat cadeautje te hebben. Ook al weet iedereen dat het om een stukje plastic gaat dat niet heel veel waard is.
Lawley maakt ook zelf games, zoals Social Genius. Dit is een game waarbij je mensen moet herkennen van een foto. Hoe meer mensen je kent hoe hoger je op de sociale ladder stijgt. Hoe meer kansen je nodig hebt om iemand te herkennen hoe minder punten je krijgt. Lawley heeft dit spel uitgetest op een conferentie. De reacties op het spel waren positief. Ineens herkenden mensen elkaar in de lift en begonnen een praatje met elkaar.
Een game die Lawley noemde en die ik zeker uit ga proberen is PMOG (passively multiplayer onine game). Op de website van PMOG (nu nog beta) staat:
This unconventional massively multiplayer online game merges your web life with an alternate, hidden reality. The mundane takes on a layer of fantastic achievement. Player behavior generates characters and alliances, triggers interactions in the environment and earns the player points to spend online beefing up their inventory. Suddenly the Internet is not a series of untouchable exhibits, but rather a hackable, rewarding environment!
Je hebt firefox en een aantal extensies nodig om dit spel te spelen. Op de website staan missies die je door te surfen op het web kan vervullen. Met het surfen verdien je punten. Je kan ook zelf missies maken die andere mensen weer kunnen spelen. Ook hiervoor krijg je punten. Punten verlies je door op ene pagina te komen waar een landmijn op verstopt zit. Je kunt je tegen de landmijnen wapenen maar dan moet je dat niet vergeten te doen.
Toch willen mensen naast het online spelen iets tastbaars hebben. Daarom zijn de Mookaartjes ook zo’n succes. Jouw flickr foto’s worden tastbaar en je kunt ze weggeven aan anderen, of ruilen.
Terug naar de bibliotheek als emotionele centra van de community. Bibliotheken hebben volgens Lawley een rol in het samenbrengen van het echte en het virtuele leven. Dit kunnen zij doen door bijvoorbeeld het inrichten van aangename cafe-achtige ruimtes in de bibliotheek. Door het inrichten van plaatsen waar mensen graag zijn.
Met deze conclusie maakt Lawley zich er naar mijn mening een beetje makkelijk vanaf. De presentatie was goed, begrijp mij niet verkeerd, ik heb interessante dingen langs zien komen. Maar echt over de bibliotheek ging het niet. Ik had haar graag wat meer willen horen vertellen over de bibliotheek als happiness engine.
Liz Lawley heeft een weblog mamamusings genaamd. En soms schrijft zij ook op Terra Nova.
In een knalroze pak opent Bill “Info Daddy” Spence de avond. De popcorn en cola stond al voor ons klaar en het werd een echt feestje. Er werden verschillende awards uitgereikt, waarvoor precies dat werd niet helemaal duidelijk, maar dat gaf ook niet. De filmpjes waren origineel en soms ook grappig. Er was er zelfs een waar ook de directeur van de bibliotheek aan had meegewerkt.
Wat dapper van David om samen met zijn baas een presentatie te geven. En wat dapper van Gina om als een van de weinig directeuren die aanwezig waren op CIL een praatje te houden. Beide werken in de Topeka & Shawnee County Public Library.
Gina is zeer van deze tijd, ze schrijft sinds kort op een weblog, begrijpt dat technologie belangrijk is voor bibliotheken en zij gedraagt zich als een bibliothecaris 2.1 (kan snel beslissingen nemen, staat speeltijd van de medewerkers toe, ziet het zorgen voor geld als een van haar belangrijkste taken en heeft daarnaast ook nog tijd voor face to face contact). Zij ziet haar medewerkers als gebruikers en laat hen experimenteren. Dat David Lee King bij hen werkt is niet toevallig. Hij is vanuit het perspectief build your leadershipteam gevraagd om voor deze bibliotheek te komen werken.
Nu wilde ik de link van de weblog van Gina opnemen in mijn post maar kon deze zo snel niet vinden met Google. Op de website van de bibliotheek staat een MeeboMe widget en voor het eerst probeerde ik deze uit. Ik stelde mijn vraag aan de bibliotheek. De medewerker was even bezig met een andere gebruiker dus vroeg hij/zij mij om even te wachten. Na een paar minuten kreeg ik het antwoord. Degene achter de chat wist het antwoord niet en had Gina gebeld. Helaas was zij niet op haar plek en dus kreeg ik haar emailadres om de vraag rechtstreeks aan haar te stellen (en kreeg binnen een half uur het antwoord!). Toen de medewerker op de chat mij een prettige dag wenste vertelde ik hem/haar dat het in Nederland bijna bedtijd is en dit antwoord kreeg ik terug:
Wow! Nice to see we’ve gone international. Glad to hear from you. Aardig, vind je ook niet?
Gina gaat nog even verder. Zij zegt dat het om de mensen gaat en niet om de middelen. Ook gaat het om het stellen van de juiste vragen zoals:
what makes you feel valued?
what do you most hope I do as the director?
what are you most concerned I might do as the director?
Zoals gezegd vindt Gina het belangrijk dat haar medewerkers tijd krijgen om te spelen. David zijn presentatie heet dan ook Making time for web 2.0 omdat web 2.0 nu eenmaal een groot deel van zijn speeltijd inneemt.
Maar waarom moet je tijd vrijmaken voor web 2.0? De 7 redenen van David:
be relevant to the next generation (IM/chat, usergenerated content, storage, bookmarking, entertainment)
teach the current generation (information literacy, show grandma how to use flickr, small business owner and vanity searching, news junkies meet rss feeds)
teach them how to subscribe to your library
save time (professional reading, IM vs phone vs email, bookmarking, working smarter by using tools
Patrons want to participate
Be a community leader (become a community resource, we were the only place teaching Word… )
Land a Cool Job
Om tijd vrij te kunnen maken moet je blokken in de agenda reserveren en niet vergeten om te blijven spelen. Begin bijvoorbeeld met 23 dingen en doe elke week iets, desnoods in privé tijd. Maar eigenlijk zou de baas jou tijd moeten geven als hij het belangrijk vindt als de bibliotheek meegaat met haar tijd. Ook zou het management trainingen kunnen laten verzorgen voor hen die nog niet veel weten van web 2.0 maar er wel aan willen doen. Of het management kan boeken kopen over het onderwerp die dan weer met collega’s besproken kunnen worden nadat iedereen ze gelezen heeft.
De bibliotheek van nu is mobiel, vernieuwend en overal en altijd.
Matt Gullett & Greg Schwartz bundelen voor deze presentatie hun krachten. Soms begrijp ik niet hoe twee mensen erbij komen om samen een presentatie te geven, want deze twee mannen werken niet bij hetzelfde bedrijf. Hetgene dat zij gemeen hebben is dat zij allebei een lab hebben opgericht. Matt een media lab en Greg een innovation lab.
Matt Gullett begint en vertelt het publiek over ImaginOn – een bibliotheek/theater voor de jeugd in een gebouw net naast de bibliotheek van Charlotte & Mecklenburg County. In 1997 is het idee voor ImaginOn geboren toen de directeur van de bibliotheek en de directeur van het kindertheater tot de conclusie kwamen dat zij allebei een ruimtetekort hadden. En waarom dan niet samenwerken in het opzetten van een kinderbibliotheek/theater in een nieuw soort faciliteit met een orginele aanpak als het gaat om leren, educatie en kunst met als missie het tot leven brengen van verhalen.
Quote van de website van ImaginOn:
At ImaginOn, young people learn in many ways, through all five senses and “from the page to the stage.” It is the launching pad for remarkable journeys and endless possibilities.
Toch duurde het nog even voordat de plannen concreet werden en pas in 2005 werd ImaginOn geopend voor het publiek. Er zijn verschillende activiteiten voor verschillend doelgroepen, zoals bijvoorbeeld de loft voor alleen tieners, een bibliotheek voor peuters en een tech-omgeving voor jongeren.
Om een menselijk gezicht te geven aan de bibliotheek worden de plasmaschermen gevuld met afbeeldingen en quotes van de bezoekers. Volgens Matt lijkt de omgeving nog het meest op een AppleStore. En net als in die AppleStores willen ook zij informal instructions gaan aanbieden.
Games spelen een belangrijke rol in deze bibliotheek en dus is er ook een Experimental Game lab waar games gespeeld en gemaakt kunnen worden. Voor dit onderdeel hebben zij contact gezocht met Linden Lab voor sponsoring, maar ook met CapCom, ALA en The Playground. Sommige van deze externe partijen krijgen de mogelijkheid om onderzoek te doen en mogen daarbij de gebruikers van ImaginOn analyseren. Naast het Experimental Game Lab is er ook een Learning Lab waar nieuwe software uitgeprobeerd kan worden zonder dat de ICT afdeling hier zeggenschap over heeft. Een derde lab is het Media Lab. Hier kan muziek, video en digitale fotografie bewerkt worden. Hier maken zij gebruik van Blue Screen Technologie. Deze ruimte is niet alleen voor kinderen beschikbaar, ook volwassenen mogen hier gebruik van maken.
Van zoveel moois wordt een mens gewoon stil. Matt voegt nog toe dat je niet eens veel geld nodig hebt om plannen te realiseren. Je hebt enthousiaste medewerkers nodig en een bestuur dat je toestemming geeft om te beginnen. Hierna volgt het geld vanzelf. Als het idee goed is, volgt de rest vanzelf.
Na Matt neemt Greg het woord en zegt direct dat hij had gedacht dat zijn bibliotheek al veel verder met de uitvoering van de plannen zou zijn die zes jaar geleden werden bedacht en in een lijvig document werden beschreven. Zes jaar geleden had de bibliotheek namelijk het idee om een redesign van de bibliotheek te doen en nieuwbouw te bouwen. Dit plan werd het Labatory Library Project genoemd.
En omdat hij geen beeldmateriaal heeft om zijn verhaal te onderbouwen laat hij afbeeldingen zien van zijn favoriete kunstwerken. In het kort noemde Greg nog even Open Course Ware en dus heb ik hem aangesproken na de presentatie om te vertellen dat bij de TU Delft de bibliotheek in het OCW-project een grote rol heeft gekregen. Hij wil hier graag meer van weten en dus hebben wij kaartjes uitgewisseld. En daarmee heb ik weer een nieuw contact gelegd en groeit mijn netwerk steeds groter.
Als de mensen in de zaal niet zo beleefd waren geweest was iedereen weggelopen.
Het voorlezen van een wetenschappelijk referaat van een half uur zonder slides is slaapverwekkend en absoluut niet interessant, ongeacht het onderwerp, ongeacht wie het voorleest. Een tekst die is geschreven om uiteindelijk op papier terecht te komen is gewoon niet geschikt voor een presentatie. Ik denk dat ik daarmee duidelijk maak hoe ik over de presentatiekunsten van Barbara Tierney denk.
En dan nog een tip voor de volgende keer. Als u dan na een half uur eindelijk met afbeeldingen komt van interessante innovatieve bibliotheken….. gebruik dan niet de voorbeelden die u twee jaar geleden ook al gebruikte in een presentatie voor de ALA. En misschien, heel misschien zou ik, als u het anders had aangepakt uw boek dat pas is verschenen dan wel hebben gekocht.
Ik kende Michael Casey niet (nouja wel van online en zijn blog, maar niet in het echt) en het was fijn om hem eens te zien optreden, zeker nu dat samen met Michael Stephens was.
Tegenwoordig lijkt iedereen web 2.0 te omarmen, zelfs directeuren onderhouden een blog. Maar ook al klinkt het allemaal kinderlijk eenvoudig, dat is het niet. Ook de beide Michaels begrijpen dat en snappen best dat als je terugkomt van een conferentie zoals CIL, vol briljante ideeën over web 2.0 en social software, het vaak nog een lange weg te gaan is naar daadwerkelijke implementatie. Zij vragen de zaal om roadblocks te noemen en er komen reacties als wij mogen geen open source software gebruiken, geld, geen admin rechten, geen tijd, etc. Er zitten uiteraard geen directeuren in de zaal of mensen die in de bestuursorganen van de bibliotheek zitten. En deze mensen willen wij wel in de zaal hebben. Dus waarom komen zij niet? Willen zij misschien niet tussen de plebs en de uitvoerders zitten?
Wat heeft de bibliotheek nodig? De beide Michaels hebben daar een duidelijke mening over: Open conversation! En transparantie. Mensen willen met elkaar praten en open en eerlijke gesprekken voeren. Social software maakt dit mogelijk. Overtuig het management van jouw goede ideeën door ze alleen aan te spreken als je echt iets te vertellen hebt, als je iets extra’s toe kan voegen en als je kan spreken met een human voice. Maar ook, neem het management mee naar buiten, ga daar naartoe waar het allemaal gebeurd (bijvoorbeeld achter de informatiebalie van de bibliotheek) en creëer een beeld van het grotere geheel. Het voorbeeld van de Darien Library wordt gegeven. Hier bloggen informatiebalie medewerkers, zij schaffen boeken voor de collectie aan omdat zij weten wat er speelt en waar behoefte aan is, zij spreken de gebruiker tenslotte het meest.
En dan kan het toch gemakkelijk zijn. Kijk maar naar het voorbeeld van de Anytown Public Library Sandbox.
Een weblog dat net is begonnen en waarvan de eerste post de volgende is:
This is an open place where we as a library staff can gather to share ideas and notes on burgeoning technologies that may affect libraries and librarianship. Think of it as our sandbox. You remember sandboxes when you were a child? You lived out your wild dreams of being in the wild west or created huge sand castles? It was all play to try new things and think outside of the box.
Well, we’re going to do the same thing here. There is no box in this play area. Think how new (or untapped “old”) technologies could be used to be serve our users or our staff.
Maar wat maakt het nu echt makkelijk als je social software wilt implementeren in de bibliotheek? En eigenlijk is het antwoord op die vraag ook heel eenvoudig, zorg dat datgene dat je wilt doen overeenkomt met de missie en visie van de bibliotheek. Als in de missie van de bibliotheek staat dat de bibliotheek informatievaardigheden aanbiedt aan zijn gebruikers dan kun je deze aanbieden door middel van de mogelijkheden die web 2.0 en social software bieden. Maar bedenk dat A cultural shift not a shiny new tool is en dat je evengoed moet nadenken over de lange termijn.
Ik kon niet kiezen tussen deze sessie en de sessie Innovation starts with “I” van Helene Blowers en Tony Tallent en achteraf heb ik ontzettend spijt gehad dat ik niet ben opgestapt bij het laptops labverhaal om te gaan luisteren naar de twee superenthousiaste sprekers in de andere zaal.
Want eigenlijk ging de Laptop Labs presentatie over het aanschaffen van een aantal laptops voor de bibliotheek waar de gebruiker dan mee kon werken. En dat was het….. Laptops zijn moderner als het gaat om het interieur van de bibliotheek (vergeleken met al snel oud lijkende desktop computers, daarnaast zijn laptoptassen onderdeel van mode), laptops zijn goedkoper (omdat je geen extra meubilair en beeldschermen hoeft aan te schaffen), je hebt minder ruimte nodig om een laptop te gebruiken en als je een laptop op zijn kant houdt is het net een boek.
De laptops worden gebruikt om jongeren naar de bibliotheek te lokken. Het eerste uur mogen de jongeren doen wat zij willen op de laptop en daarna krijgen zij een uur onderwijs in verschillende onderdelen, zoals het maken van YouTube filmpjes. Maar ook ouderen mogen van de laptops gebruik maken bijvoorbeeld als zij hun belasting in moeten vullen of op zoek zijn naar een baan.
De laptops worden niet uitgeleend en mogen niet mee naar buiten. Ook mag je niets installeren op de laptop. En daarmee mag je weer veel niet en weinig wel. Is dit innoverend? Nee, tenminste niet als je het aan mij vraagt. Ik begreep ook niet helemaal wat deze presentatie op CIL deed. Ik vond het een enorme tegenvaller en zoals ik al zei, ik had beter naar Helene en Tony kunnen gaan luisteren. Zeker toen ik iedereen die daar wel was geweest met enthousiaste verhalen bij de koffie tegenkwam.
Ryan Deschamps is de Other Librarian. Op zijn weblog schrijft hij kritisch over de bibliotheek en de dingen die hem bezighouden en daarom had ik wel wat meer van zijn presentatie verwacht. De presentatie van de sessie staat online bij Google Docs en is daar voor iedereen te bekijken.
Op de tweede CIL-dag was de keynote wel heel bijzonder. Volgens mij stonden er voor het eerst in de geschiedenis van CIL Nederlanders op het podium om de dag te openen.
De tekst in het programmaboekje was enthousiast en de zaal zat daarom bomvol.
Feel the excitement of the Shanachietour 2007, the librarians’ road movie highlighting best practices in libraries across the US. Hear about the experiences. See the movie. Be inspired.
De mannen van DOK (Erik Boekesteijn, Jaap van de Geer en Geert van den Boogaard) zaten op een bank, de goudvis stond op een tafel voor hen en de beelden van de Shanachietour flitsten over het scherm, onderbroken met live interviews met mensen uit de zaal (waarvan sommigen ook in de film te zien zijn).
Tijdens de interviews stellen de mannen 3 vragen. Daarna krijgen de geinterviewden een t-shirt en een stroopwafel. En tsja wie kan er nu een stroopwafel weigeren.
Matt Gullett (Charlotte Mecklenburg Public Library) wordt gevraagd of hij nog steeds denkt dat de dood van het boek niet gaat komen nu de Kidle te koop is. Matt antwoord: er zijn generaties die nog steeds van boeken van papier houden. De Kindle is niet goof- of waterproof. Op een Kindle in slaap vallen is niet goed voor het apparaat, een boek heeft er geen last van als je er op in slaap valt of er op kwijlt.
Matt is heel duidelijk als het gaat om de marketing voor de bibliotheek. Hij raadt aan om met verhalen naar geldschieters te gaan, hen te vertellen wat er in de bibliotheek gebeurd en om echte voorbeelden te geven en ook om dingen te laten zien die bijvoorbeeld door kinderen in de bibliotheek zijn gemaakt. Dit maakt veel meer indruk dan welke getallen en overzichten dan ook.
Michael Stephens is duidelijk ontroerd als een van zijn studenten aan het woord komt. Zijn studenten hebben visie als het gaat om de toekomst van de bibliotheek, maar wat wil je ook met zo’n inspirerende docent voor je neus. Erik haalt vervolgens iemand uit het publiek die nog studeert. De vragen overvallen haar een beetje en ze komt niet veel verder dan wij moeten flexibel zijn.
De mannen van DOK vertelden tijdens de keynote hun verhaal, het verhaal dat centraal stond tijdens de shanachietour en het verhaal dat de bibliotheek zo goed kan vertellen. Een spontane manier van presenteren op een onconventionele manier. En de Amerikanen, die houden daar wel van!