Misschien wel, misschien niet. De deadline voor het meedoen aan de blogkermis is voor 16 januari februari maar ik denk dan, ach 16 januari februari mag toch ook nog wel. Toch?
De blogkermis dit keer komt van Astrid en gaat over jongeren en het gebruik van oude en nieuwe media. Maar eigenlijk gaat het over jongeren die niet weten hoe zij oude of traditionele media goed moeten gebruiken en genoegen nemen met onbetrouwbare nieuwe media. En of dit erg is.
De waarde van internet is voor bepaalde doeleinden ongeëvenaard. Diepere en bredere informatie verschijnt in print of moeilijk toegankelijke databanken. Moeten die klassieke media weer op het netvlies van de leerlingen komen of moet die verdiepingsinformatie goed leesbaar en vindbaar op het net komen te staan? En kán internetinformatie wel net zo’n rijk, compleet en genuanceerd beeld geven van een onderwerp als een goed onderbouwd boek? Gezien het verschil tussen beeldscherm (vluchtig, snel, actueel) en kwaliteitsprint (diepgravend, achtergronden, ingewikkelde afwegingen van voor- en tegenargumenten).
Tsja eerlijk gezegd maakt het niet eens zoveel uit of jongeren oude media (lees maar even voor het gemak boeken en tijdschriften) wel of niet gebruiken want achter deze vraag ligt natuurlijk de vraag of jongeren de media (oud en nieuw) wel op een juiste manier gebruiken. Of zij de informatie die zij vinden op bijvoorbeeld internet kritisch beoordelen. Dit is overigens niet eens een probleem van jongeren, ook sommige ouderen nemen wat zij op internet lezen voor waar aan.
Voor mij staat vast dat informatie op internet net zo rijk, complete en genuanceerd kan zijn als een goed onderbouwd boek. Als je maar moeite doet om de informatie te vinden en geen genoegen neemt met de eerste hits die je tegenkomt. Hoor en wederhoor geldt ook voor internetinformatie. Lastig is alleen dat nu iedereen gemakkelijk prosument kan worden dat hoor en wederhoor moeilijker wordt. Dus moet je er meer tijd in steken. Maar zeg nu zelf, is alles wat in een boek staat dan zomaar maar waar. Moesten wij bij opdrachten op school ook niet verschillende meningen van auteurs naast elkaar leggen omdat zij wel eens van elkaar konden verschillen. Trouwens toen ik in 2002 mijn scriptie inleverde over Computerkunst in Nederland en hier in die tijd nog niet zoveel boeken over geschreven waren kon ik mijn eigen verhaal maken. Iemand anders mocht dat dan onderbouwd omver schoppen. Maar als er niemand is om die opdracht op zich te nemen, wordt daarmee mijn verhaal dan de waarheid. Nee dus. (Daarmee niet zeggende dat ik een onbetrouwbare scriptie heb geschreven).
En omdat er in de tijd dat ik mijn scriptie schreef weinig gedrukte bronnen te vinden waren over computerkunst nam ik mijn toevlucht tot internet. Daar vond ik wat ik zocht. Gelukkig dacht mijn docente er ook zo over. Het zou toch vervelend geweest zijn als zij had gezegd dat ik geen internetbronnen had mogen gebruiken, dan had ik een ander scriptieonderwerp moeten kiezen. Ik heb geknipt en geplakt en de teksten zo herschreven dat zij als citaat gelezen konden worden. Uiteraard altijd met bronvermelding. En dus ja, wij moeten docenten wijzen op hun verantwoordelijkheid. Niet door hen studenten/scholieren te wijzen op traditionele/oude media alsof dat zaligmakend is. Maar door ze te wijzen op de mogelijkheden die alle soorten media bieden. Zolang de student/scholier maar leert over hoe met deze bronnen om te gaan en hoe deze te gebruiken. De eisen die wij stellen aan oude media gelden ook voor nieuwe media, dus onderzoek doen, (kritisch) vergelijken en bronvermelden. En is het dan erg als klassieke media vergeten wordt (waarvan ik overigens geloof dat dit nooit gebeurd) – NEE – want daarvoor komt heel veel moois en interessants voor in de plaats, het ziet er misschien alleen anders uit. Het is dus gewoon een kwestie van EN EN!
Gebruikt beeldmateriaal is afkomstig van Flickr – books, books, books, books, books and books van kennymatic